Het Urantia Boek. Urantia Foundation

Чтение книги онлайн.

Читать онлайн книгу Het Urantia Boek - Urantia Foundation страница 178

Автор:
Серия:
Издательство:
Het Urantia Boek - Urantia Foundation

Скачать книгу

tweeledig toezicht, want hun verslagen worden nauwkeurig nagezien door hun verheven collega’s van Uversa en door de Machtige Boodschappers, die de juistheid van de half-materiële duplicaten van de originele geest-verslagen waarmerken.

      25:6.4 (282.2) Terwijl er vele biljarden gevorderde Registrators zijn gestationeerd op de ondergeschikte werelden die bekend zijn in de universa van Orvonton, is het aantal van degenen die Uversa-status hebben bereikt nog geen acht miljoen. Deze oudste of gegradueerde registrators zijn degenen die in het superuniversum de belangrijke verslagen uit tijd en ruimte bewaren en verder doorzenden. Hun permanente hoofdkwartier bevindt zich in de cirkelvormige verblijven die het terrein der archieven op Uversa omringen. Zij laten de hoede over deze archieven nimmer aan anderen over; individuele leden kunnen wel afwezig zijn, doch nimmer in groten getale.

      25:6.5 (282.3) Evenals de supernafijnen die Bewaarders der Archieven zijn geworden, vormen de Hemelse Registrators een permanent korps. Wanneer serafijnen en supernafijnen eenmaal in deze dienst zijn opgenomen, zullen zij respectievelijk Hemelse Registrators en Bewaarders der Archieven blijven, tot de dag aanbreekt van het nieuwe, gemodificeerde bestuur, wanneer God de Allerhoogste ten volle gepersonaliseerd zal zijn.

      25:6.6 (282.4) Op Uversa kunnen hogere Hemelse Registrators de verslagen tonen van al hetgeen in heel Orvonton van kosmisch belang is geweest sinds de tijd van de aankomst van de Ouden der Dagen in het verre verleden, terwijl door de Bewaarders der Archieven op het eeuwige Eiland de verslagen van dit gebied worden bewaard die getuigen van de verrichtingen op het Paradijs sinds de tijden van de personalisering van de Oneindige Geest.

      25:7.1 (282.5) Deze kinderen van de Moeder-Geesten van de plaatselijke universa zijn vrienden en deelgenoten van allen die het opklimmende morontia-leven leiden. Zij zijn niet onmisbaar voor de werkelijke arbeid van een opklimmende, zijn voortgang als schepsel, en evenmin nemen zij in enig opzicht het werk over van de serafijnse beschermers die hun sterfelijke metgezellen op de reis naar het Paradijs dikwijls vergezellen. De Morontia-Metgezellen zijn eenvoudig beminnelijke gastheren voor hen die juist aan de lange binnenwaartse opklimming beginnen. Zij zijn ook bedreven in het bevorderen van het spel, waarbij zij bekwaam worden bijgestaan door de reversie-leiders.

      25:7.2 (282.6) Ofschoon ge serieuze en steeds moeilijker taken zult krijgen te verrichten op de morontia-opleidingswerelden van Nebadon, zult ge ook steeds over vaste perioden van rust en reversie kunnen beschikken. Tijdens de gehele reis naar het Paradijs zal er steeds gelegenheid zijn voor rust en geestelijk spel; en tijdens de loopbaan van licht en leven is er steeds tijd voor godsverering en nieuwe prestaties.

      25:7.3 (282.7) Deze Morontia-Metgezellen zijn zulke goede vrienden, dat het u echt zal spijten dat deze kameraadschappelijke wezens u niet verder kunnen vergezellen wanneer ge tenslotte het laatste stadium der morontia-ervaring achter u laat en u gereedmaakt om aan het geestelijke avontuur in het superuniversum te beginnen. Zij verrichten echter hun diensten uitsluitend in de plaatselijke universa. In ieder stadium van de loopbaan omhoog zullen alle persoonlijkheden met wie ge in aanraking kunt komen vriendschappelijk en kameraadschappelijk zijn, doch pas wanneer ge de Paradijs-Metgezellen ontmoet, zult ge opnieuw een groep aantreffen die zich zozeer toelegt op vriendschap en kameraadschap.

      25:7.4 (283.1) Het werk van de Morontia-Metgezellen wordt vollediger beschreven in de verhandelingen over de aangelegenheden van uw plaatselijk universum.

      25:8.1 (283.2) De Paradijs-Metgezellen vormen een samengestelde of bijeengebrachte groep, want zij worden aangetrokken uit de rangen der serafijnen, seconafijnen, supernafijnen en omniafijnen. Ofschoon de perioden waarin zij dienstdoen u buitengewoon lang zouden toeschijnen, hebben zij geen permanente status. Wanneer zij dit dienstbetoon hebben voltooid, hervatten zij als regel (doch niet altijd) de taken die zij verrichtten toen zij opgeroepen werden om dienst te doen op het Paradijs.

      25:8.2 (283.3) Leden van de engelenscharen worden voor deze dienst voorgedragen door de Moeder-Geesten van de plaatselijke universa, door de Reflectieve Geesten van de superuniversa en door Majeston van het Paradijs. Zij worden op het centrale Eiland ontboden en aldaar door een van de Zeven Meester-Geesten aangesteld als Paradijs-Metgezellen. Naast de permanente status op het Paradijs, is deze tijdelijke dienst als Paradijs-Metgezel het hoogste eerbetoon dat ooit aan de dienende geesten verleend wordt.

      25:8.3 (283.4) Deze geselecteerde engelen wijden zich aan de dienst van kameraadschap en worden als partners toegewezen aan wezens van alle klassen die toevallig alleen zijn op het Paradijs, voornamelijk aan stervelingen in opklimming, maar ook aan alle anderen die alleen zijn op het centrale Eiland. De Paradijs-Metgezellen hebben niets speciaals te doen voor degenen met wie zij broederlijk omgaan; zij zijn eenvoudig metgezellen. Bijna ieder ander wezen dat gij, stervelingen, gedurende uw verblijf op het Paradijs zult ontmoeten — afgezien van uw medepelgrims — zal iets bepaalds met of voor u te doen hebben; deze metgezellen worden echter slechts aangesteld om bij u te zijn en vertrouwelijk met u om te gaan, als persoonlijkheidspartners. In hun dienstbetoon worden zij dikwijls bijgestaan door de beminnelijke, briljante Paradijs-Burgers.

      25:8.4 (283.5) Stervelingen komen voort uit soorten die zeer sociaal zijn. De Scheppers weten heel goed dat het ‘niet goed is voor de mens alleen te zijn,’ en bijgevolg wordt er zelfs op het Paradijs voor gezelschap gezorgd.

      25:8.5 (283.6) Indien ge als sterveling in opgang het Paradijs zoudt bereiken in gezelschap van de mens die tijdens uw aardse leven uw metgezel was of van degene die u toen na stond, of indien uw serafijnse bestemmingsbehoeder wellicht tegelijk met u zou arriveren of op u zou wachten, dan zou u geen permanente metgezel worden toegewezen. Indien ge echter alleen aankomt, zal een metgezel u stellig verwelkomen wanneer ge op het Licht-Eiland ontwaakt uit de laatste slaap van de tijd. Zelfs indien bekend is dat ge door iemand vergezeld zult zijn met wie ge op uw weg omhoog verbonden bent geweest, zullen er tijdelijke metgezellen worden aangewezen om u op de eeuwige kusten te verwelkomen en u te geleiden naar het reservaat dat gereed is gemaakt om u en uw partners te ontvangen. Ge kunt er zeker van zijn dat ge hartelijk verwelkomd zult worden wanneer ge de opstanding in de eeuwigheid ervaart op de eeuwige kusten van het Paradijs.

      25:8.6 (283.7) De Metgezellen die u zullen ontvangen, worden reeds aangesteld tijdens de laatste dagen van het verblijf van de opklimmenden op het laatste circuit van Havona, en zij bezien zorgvuldig de verslagen inzake de oorsprong van de sterveling en zijn bewogen opklimming via de werelden in de ruimte en de cirkelgangen van Havona. Wanneer zij de stervelingen uit de tijd begroeten, zijn zij reeds terdege bekend met de levens van deze nieuw-aangekomen pelgrims en blijken zij onmiddellijk meevoelende, boeiende metgezellen te zijn.

      25:8.7 (283.8) Indien ge tijdens uw verblijf op het Paradijs als pre-voleindigde om de een of andere reden tijdelijk gescheiden zoudt worden van uw partner in de opklimmingsloopbaan — hetzij een sterveling hetzij een serafijn — dan zou er meteen een Paradijs-Metgezel worden aangesteld om u raad te geven en gezelschap te houden. Wanneer een metgezel eenmaal is toegewezen aan een sterveling in opklimming die alleen is op het Paradijs, blijft de metgezel bij deze persoon, totdat zijn opklimmende deelgenoten zich weer bij hem gevoegd hebben of totdat hij te zijner tijd in het Korps der Volkomenheid wordt opgenomen.

      25:8.8 (284.1) De Paradijs-Metgezellen worden aangesteld in de volgorde waarin zij wachtende zijn, met dien verstande dat een sterveling in opklimming nooit wordt toevertrouwd aan de hoede van een metgezel wiens natuur niet overeenkomt met het type van zijn superuniversum. Indien een sterveling van Urantia vandaag op het Paradijs zou aankomen, zou hem de eerste wachtende metgezel worden toegewezen die ofwel afkomstig zou zijn uit Orvonton, ofwel anderszins de natuur van de Zevende Meester-Geest zou hebben. Vandaar dat de omniafijnen niet dienen bij de opklimmende schepselen uit de zeven superuniversa.

      25:8.9 (284.2) Er worden nog vele andere diensten

Скачать книгу