Het Urantia Boek. Urantia Foundation

Чтение книги онлайн.

Читать онлайн книгу Het Urantia Boek - Urantia Foundation страница 108

Автор:
Серия:
Издательство:
Het Urantia Boek - Urantia Foundation

Скачать книгу

en in evenwicht gehouden door de bovenste en onderste ruimtereservoirs. Alle bekende emanaties van de onderzijde van het Paradijs reageren onveranderlijk en feilloos op de centrale aantrekkingskracht die inwerkt op de eindeloze circuits van de elliptische ruimteniveaus van het meester-universum. Iedere bekende vorm van kosmische realiteit vertoont de kromming der tijdperken, de loop van de cirkel, de rondwenteling van de grote ellips.

      11:8.3 (125.6) De ruimte reageert niet op de zwaartekracht, maar werkt als een equilibrerende kracht tegen de zwaartekracht in. Zonder het ruimtekussen zouden explosies de omringende lichamen in de ruimte wegslingeren. De doordrongen ruimte oefent ook een anti-zwaartekrachtinvloed uit op fysische of lineaire zwaartekracht; de ruimte kan deze werking van de zwaartekracht daadwerkelijk neutraliseren, ook al kan zij haar niet vertragen. Absolute zwaartekracht is de zwaartekracht van het Paradijs. Plaatselijke of lineaire zwaartekracht heeft betrekking op het elektrische stadium van energie of materie; deze werkt binnen het centrale universum, de superuniversa en de universa in de buitenruimte, overal waar geschikte materialisatie heeft plaatsgevonden.

      11:8.4 (125.7) De talrijke vormen van kosmische kracht, fysische energie, universumkracht, en uiteenlopende materialisaties onthullen drie algemene, ofschoon niet volmaakt scherp omlijnde stadia van reactie op de Paradijs-zwaartekracht:

      11:8.5 (126.1) 1. Prezwaartekrachtstadia (Paradijskracht). Dit is de eerste stap in de individuatie van ruimtepotentie tot preënergievormen van kosmische kracht. Deze toestand is analoog aan het begrip der primordiale krachtlading der ruimte, die soms pure energie of segregata wordt genoemd.

      11:8.6 (126.2) 2. Zwaartekrachtstadia (Energie). Deze modificatie van de krachtlading der ruimte wordt teweeggebracht door de activiteit van de Paradijskrachtorganisatoren. Deze modificatie markeert het verschijnen van energiesystemen die reageren op de aantrekking van de zwaarte-kracht van het Paradijs. Deze wordende energie is oorspronkelijk neutraal, doch zal tengevolge van verdere metamorfose de zogenaamde negatieve en positieve eigenschappen gaan vertonen. Wij duiden deze stadia aan als ultimata.

      11:8.7 (126.3) 3. Postzwaartekrachtstadia (Universumkracht). In dit stadium vertoont energie-materie reactie op de beheersing door de lineaire zwaartekracht. In het centrale universum zijn deze fysische systemen drievoudige organisatievormen die bekend staan als triata. Dit zijn de superkracht-moedersystemen van de scheppingen in tijd en ruimte. De fysische systemen van de superuniversa worden gemobiliseerd door de Universum-Krachtdirigenten en hun mede-werkers. Deze materiële organisatievormen zijn tweevoudig in samenstelling en staan bekend als gravita. De donkere zwaartekrachtlichamen die Havona omringen, zijn triata noch gravita, en hun aantrekkingskracht vertoont beide vormen van fysische zwaartekracht, de lineaire en de absolute.

      11:8.8 (126.4) Ruimtepotentie is niet onderhevig aan de interacties van enige vorm van gravitatie. Deze oergift van het Paradijs is geen actueel niveau van de realiteit, maar gaat vooraf aan alle relatieve functionele werkelijkheden die niet-geest zijn — alle manifestaties van kracht-energie en de organisatie van universumkracht en materie. Ruimtepotentie is een term die moeilijk valt te definiëren. Ruimtepotentie betekent niet dat waaruit de ruimte ontstaat; wat ge er onder moet verstaan is het idee van de potenties en het potentieel die binnen de ruimte existent zijn. Ge kunt u ruimtepotentie ongeveer voorstellen als al die absolute invloeden en capaciteiten omvattend, die van het Paradijs uitgaan en de ruimtepresentie van het Ongekwalificeerd Absolute vormen.

      11:8.9 (126.5) Het Paradijs is de absolute oorsprong en het eeuwige middelpunt van alle energie-materie in het universum van universa. Het Ongekwalificeerd Absolute is de onthuller, regulator en het repositorium van al wat het Paradijs als bron en oorsprong heeft. De universele presentie van het Ongekwalificeerd Absolute lijkt equivalent aan het begrip van een potentiële oneindigheid van uitbreiding der zwaartekracht, een elastische spanning van Paradijs-presentie. Dit begrip helpt ons het feit te vatten dat alles binnenwaarts, naar het Paradijs, getrokken wordt. Deze illustratie is weliswaar primitief, maar toch nuttig. Zij verklaart ook waarom de zwaartekracht steeds bij voorkeur werkt in het vlak dat loodrecht op de massa staat, een verschijnsel dat wijst op de differentiële dimensies van het Paradijs en de scheppingen daaromheen.

      11:9.1 (126.6) Het Paradijs is uniek in de zin dat het het gebied is van de eerste oorsprong van alle geest-persoonlijkheden en tevens hun finale bestemming. Ofschoon niet alle lagere geestelijke wezens van de plaatselijke universa het Paradijs als rechtstreekse bestemming hebben, blijft het Paradijs toch het doel waarnaar het verlangen van alle bovenmateriële persoonlijkheden uitgaat.

      11:9.2 (126.7) Het Paradijs is het geografische centrum der oneindigheid; het is geen deel van de universele schepping, zelfs geen werkelijk deel van het eeuwige Havona-universum. Wij spreken gewoonlijk over het centrale Eiland als behorend tot het goddelijke universum, doch in werkelijkheid is dit niet het geval. Het Paradijs bestaat eeuwig en uitsluitend op zichzelf.

      11:9.3 (127.1) In de eeuwigheid van het verleden, toen de Universele Vader oneindige persoonlijkheidsuitdrukking gaf aan zijn geestelijk zelf in het wezen van de Eeuwige Zoon, openbaarde hij tegelijkertijd het oneindigheidspotentieel van zijn niet-persoonlijke zelf als het Paradijs. Het niet-persoonlijke en niet-geestelijke Paradijs lijkt de onvermijdelijke repercussie te zijn geweest van het willen en handelen van de Vader, waardoor de Oorspronkelijke Zoon werd vereeuwigd. Aldus projecteerde de Vader de werkelijkheid in twee actuele fasen — het persoonlijke en het niet-persoonlijke, het geestelijke en het niet-geestelijke. De spanning daartussen, gezien de wil tot handelen van de Vader en de Zoon, deed de Vereend Handelende Geest ontstaan, alsmede het centrale universum van materiële werelden en geestelijke wezens.

      11:9.4 (127.2) Wanneer de werkelijkheid gedifferentieerd wordt als het persoonlijke en het niet-persoonlijke (de Eeuwige Zoon en het Paradijs), is het minder juist om datgene wat niet-persoonlijk is ‘Godheid’ te noemen, tenzij dit op de een of andere wijze nader wordt bepaald. De energie en de materiële repercussies van de daden van de Godheid kan men moeilijk Godheid noemen. De Godheid kan veel veroorzaken dat geen Godheid is, en het Paradijs is geen Godheid; evenmin is het bewust, in enige zin die de sterfelijke mens ooit aan deze term zou kunnen geven.

      11:9.5 (127.3) Het Paradijs is niet de voorzaat van enig wezen of levende entiteit; het is geen schepper. Persoonlijkheid en bewustzijn-geest-verhoudingen zijn overdraagbaar, maar met een patroon is dit niet het geval. Patronen zijn nooit weerspiegelingen; het zijn duplicaten — reproducties. Het Paradijs is het absolutum van patronen; Havona is een expositie van dit potentieel in actualiteit.

      11:9.6 (127.4) Gods residentie is centraal en eeuwig, heerlijk en ideaal. Zijn huis is het prachtige patroon voor de hoofdkwartierwerelden van alle universa; het centrale universum dat hij onmiddellijk bewoont, is het patroon voor alle universa wat betreft hun idealen, organisatie en uiteindelijke bestemming.

      11:9.7 (127.5) Het Paradijs is het universele hoofdkwartier van alle persoonlijkheidsactiviteiten en de bron en het centrum van alle kracht-ruimte- en energiemanifestaties. Alles wat geweest is, nu is, en nog zal zijn, is uit deze centrale residentie van de eeuwige Goden voortgekomen, komt daar nu uit voort, of zal daaruit voortkomen. Het Paradijs is het centrum der ganse schepping, de bron van alle energieën en de plaats waar alle persoonlijkheden hun eerste oorsprong hebben.

      11:9.8 (127.6) Per slot van rekening is het belangrijkste aangaande het eeuwige Paradijs voor stervelingen het feit dat dit volmaakte verblijf van de Universele Vader de werkelijke, verre bestemming is van de onsterfelijke ziel van de sterfelijke, materiële zonen van God, de opklimmende schepselen van de evolutionaire werelden in tijd en ruimte. Iedere Godkennende sterveling die het doen van de wil van de Vader als zijn levensweg heeft gekozen, heeft reeds de eerste stap gezet op het zeer, zeer lange spoor naar het Paradijs, het najagen van goddelijkheid en het bereiken van volmaaktheid. En wanneer zulk een van de dieren afstammend wezen voor de Goden op het Paradijs komt te staan, zoals tallozen thans doen

Скачать книгу