Het 'John Grier Home'. Джин Уэбстер
Чтение книги онлайн.
Читать онлайн книгу Het 'John Grier Home' - Джин Уэбстер страница 4
Ik geloof, dat MacBride en MacRae spoedig op voet van oorlog zullen staan!
Geachte Dr. MacRae,
Ik zend u dit briefje door Sadie Kate, daar het absoluut onmogelijk blijkt, u telefonisch te bereiken. Is het vrouwspersoon, dat zich Mrs. McGur-rk noemt en midden in een zin de telefoon liefelijk aan den haak hangt, uw huishoudster? Als zij dikwijls aan de telefoon komt, begrijp ik niet hoe uw patienten nog het geduld bezitten, om u op te bellen.
Daar u vanmorgen niet verscheen en de schilder wel, was ik gedwongen op eigen houtje een mooie korengele kleur uit te zoeken voor de muren van het nieuwe laboratorium en ik vertrouw dat deze kleur niet onhygiënisch zal zijn.
Wanneer u vanmiddag misschien een oogenblikje kunt missen, wilt u zeker wel even naar Dr. Brice in Water-Street tuffen om naar een tandarts-stoel en toebehooren te kijken, die daar voor den halven prijs worden aangeboden. Mij dunkt, dat als zijn heele uitrusting in een hoekje van ons laboratorium prijkt, Dr. Brice zijn 111 nieuwe patientjes met veel meer spoed zal kunnen behandelen, dan wanneer wij ze één voor één naar Water-Street transporteeren. Vindt u dat geen practisch idee? Midden in den nacht schoot het mij ineens te binnen, maar daar ik nog nooit een tandarts-stoel heb gekocht, zou ik uw advies op hoogen prijs stellen.
Liefste Judy,
Zet dien telegram-stroom stop!
Ik weet natuurlijk dat je van alles, wat er gebeurt, op de hoogte wilt blijven en ik zou graag elken dag een bulletin willen zenden, maar werkelijk, ik ben geen oogenblik vrij. 's Avonds, wanneer ik in mijn bedje kruip, ben ik zoo doodmoe dat ik er liefst met kleeren en al in zou willen gaan, als Jane's strenge discipline tegen zulke buitensporigheden niet in opstand kwam.
Als ik later wat meer routine onder de luidjes breng en alles als een draaiorgel afloopt, zal ik de uitvoerigste en beste verslaggeefster worden, die je je wenschen kunt.
Het laatst schreef ik je vijf dagen geleden, is het niet? Nu, in die vijf dagen is er heel wat gebeurd. Dr. MacRae en ik hebben een soort veldtochtsplan opgemaakt en brengen hier nu alles in oproer. Ik mag, hem hoe langer hoe minder lijden, maar wij hebben een soort bondgenootschap gesloten en als werker is die man een prachtige hulp. Ik heb altijd gedacht, dat ik zelf genoeg wilskracht bezat, maar als er nu een verbetering aangebracht moet worden, volg ik al zwoegende zijn spoor, terwijl hij baan breekt. Hij is zoo halsstarrig en koppig en buldoghonderig als een Schot maar zijn kan, maar aan den anderen kant bezit hij een groot verstand en heeft hij veel kennis van babies, d.w.z. hij is volkomen op de hoogte van hun physieken toestand, want voor die kleintjes heeft hij net zooveel gevoel als voor een troep kikkers, die hij voor de vivisectie noodig heeft.
Herinner je je nog wel, dat Jervis ons op een avond meer dan een uur op een betoog over de prachtige menschlievende denkbeelden van den dokter heeft vergast? C'est à rire! De man beschouwt het John Grier Home alleen als zijn eigen laboratorium, waar hij naar hartelust wetenschappelijke proeven kan nemen zonder lastige liefhebbende ouders als tegenstanders. Ik zou heelemaal niet verwonderd staan te kijken als ik hem op een goeden dag verraste, terwijl hij roodvonk-bacillen in de havermout van de babies mengde om met een nieuw uitgevonden serum proeven te nemen.
Van den heelen staf vind ik de twee eenige, die werkelijk voor hun taak berekend zijn: de onderwijzeres van de kleintjes en den stoker. Je moest eens zien hoe onze kinderen op Miss Mathews aanstormen en haar van alle kanten bespringen en naar haar opkijken, met gezichtjes, bedelend om een liefkoozing, terwijl ze pijnlijk beleefd tegenover de andere onderwijzeressen blijven! Kinderen voelen zoo gauw wie ze voor zich hebben! Ik zou het vreeselijk vinden als ze zoo erg beleefd tegen mij waren. Nu ik zoo'n beetje op de hoogte van het leven hier raak en precies weet, wat en wie ik noodig heb, zou ik wel een algeheele opruiming willen houden. Het liefst zou ik met Miss Snaith beginnen, maar ik heb de treurige ontdekking gedaan, dat zij de bloedeigen nicht van een van onze regenten is en dus absoluut niet geschikt voor uitverkoop. Het is een onbeduidend willoos schepseltje zonder kin (je weet, dat bij wilskrachtige menschen dit lichaamsdeel zeer ontwikkeld is), met fletse oogen, en die daarbij, tot overmaat van ramp, nog altijd door haar neus spreekt en door haar mond ademhaalt. Zij kan nooit eens zeggen, waarop het staat en dan haar mond houden. Al haar zinnen eindigen in een onbepaald en onverstaanbaar gemompel. Telkens, wanneer ik die vrouw zie, voel ik mijn vingers jeuken, om 'r bij de schouders beet te pakken en haar een wil in te gieten. En die Miss Snaith had het toezicht over 17 kleine dreumesjes van twee tot vijf jaar! In elk geval heb ik haar, zonder dat zij er iets van heeft begrepen, naar een ondergeschikte positie verplaatst, het beste wat ik doen kon, nu zij eenmaal niet weggestuurd kan worden, dank zij haar hooggeplaatste familie!
De dokter heeft voor mij een allerliefst meisje gevonden, dat hier twee mijlen vandaan woont en elken dag komt om op onze kleintjes te passen. Zij heeft lieve, groote bruine oogen (met een zachten glans erover, net als bij een koe) en echt moederlijke bewegingen. (Ze is haast negentien jaar). En de kinderen zijn dol op haar! Aan het hoofd van de kinderkamer heb ik een lieve goedaardige vrouw van middelbaren leeftijd geplaatst, die zelf vijf kinderen heeft en wier handen naar het werk staan. Onze dokter heeft ook haar hierheen gebracht. Je ziet dus dat hij nuttig kan zijn! Voor den vorm staat ze onder Miss Snaith, maar in werkelijkheid moet die alles doen wat zij aangeeft. Ik kan nu tenminste rustig gaan slapen zonder het beklemmend gevoel, dat de babies ongemerkt langzaam vermoord worden!
Je ziet dus, dat de verbeteringen al in vollen gang zijn en hoewel ik mij met bewonderenswaardig geduld aan de goede verstandige wenken van den dokter onderwerp, laat dat alles mij toch dikwijls vrij koud. Weet je, Judy, het groote vraagstuk, dat mij maar niet met rust laat, blijft steeds: hoe kan ik genoeg warmte en liefde en zonneschijn over al die arme, verlaten menschenzieltjes uitstorten, Ik weet zeker dat de dokter, met al zijn geleerdheid, me hierin niet kan helpen.
Een van de meest dringende zaken, wat de verstandelijke leiding van ons huis aangaat, is wel het juiste bijhouden der boeken, want die zijn schandelijk verwaarloosd. Mrs. Lippett had een groot, zwart boek, waarin zij af en toe aanteekeningen maakte over de familie van de kinderen, hun gedrag en gezondheid, maar weken lang hield ze het boek soms niet bij en als een familie een kind wil aannemen kunnen wij in de meeste gevallen nog niet eens zeggen, hoe het schaap bij ons belandde.
Where did you come from, baby dear?
The blue sky opened, and I am here,
is de beste beschrijving van hun aankomst.
Wij moeten een goede kracht hebben, die de streek bereist en alle mogelijke gegevens over onze kinderen verzamelt. Het zal heusch niet zoo moeilijk zijn, want de meeste van mijn pleegkinderen hebben nog familieleden. Zou je Janet Ware daarvoor niet geschikt vinden? Je weet hoe prachtig zij kon uitzuinigen en ze leefde gewoonweg van tabellen en inspectiereizen.
Ik moet je ook nog meedeelen, dat het John Grier Home een zeer nauwkeurig geneeskundig onderzoek doorstaat met het treurig resultaat, dat tot dusverre van de 28 arme stumperds er maar vijf mee door konden en die vijf waren hier nog niet lang.
Herinner je je die leelijke, groene ontvangkamer op de eerste verdieping? Ik heb zooveel mogelijk van zijn groenheid weggedaan en hem voor laboratorium voor onzen dokter ingericht. Er staan nu weegtoestellen en medicijnflesschen en dan, wat er nog de meest geneeskundige tint aan geeft, een tandarts-stoel en een van die heerlijke plombeermachines (tweedehands van Dr. Brice in het dorp gekocht, die tot belooning van zijn patientjes, wit email en nikkelen plaatjes er mede inzet.) Die plombeermachine ziet er als een afschrikwekkend monster uit en ik krijg een heel slechten naam, omdat ik ze hierheen heb gebracht, maar elk klein slachtoffer, dat