Gezworen . Морган Райс

Чтение книги онлайн.

Читать онлайн книгу Gezworen - Морган Райс страница 4

Gezworen  - Морган Райс De Vampierverslagen

Скачать книгу

kon niet gelukkiger zijn dan met al die aandacht en probeerde hen springend en jankend terug te knuffelen.

      Na een tijdje nam Caleb Caitlins hand en samen draaiden ze zich om en keken ze naar de horizon. Een zacht morgenlicht vulde de eindeloze hemel voor hen, bergpieken doorboorden de hemel en een rozig licht boorde zich door de mist. De pieken strekten zich eindeloos uit en ze kon zien dat ze duizenden meters hoog waren. Ze vroeg zich af waar op de wereld ze zich bevonden.

      “Ik vroeg me net hetzelfde af”, zei Caleb, haar gedachten lezend.

      Ze onderzochten de horizon, turend in elke richting.

      “Herken je het?”, vroeg Caitlin.

      Hij schudde traagjes zijn hoofd.

      “Wel, het lijkt erop dat we slechts twee opties hebben,” ging ze verder. “Omhoog of omlaag. We bevinden ons reeds zo hoog dat ik omhoog zou kiezen. Laat ons eens kijken wat we van de top kunnen zien.”

      Caleb knikte goedkeurend. Caitlin reikte naar Scarlet's hand en ze begonnen alle drie langs de helling omhoog te klimmen.

      Het was koud hierboven en Caitlin was nauwelijks gekleed voor dit weer. Ze droeg nog steeds haar zwartlederen laarzen, haar spannende zwarte broek en een nauwsluitend, zwart hemd met lange mouwen, daterend van haar sparring tijd in Engeland. Maar het was niet warm genoeg om haar te beschutten tegen deze koude bergwinden.

      Ze maakten haast en klommen langs de helling omhoog terwijl ze zich vastpakten aan de rotsblokken om zich naar omhoog te trekken.

      Terwijl de zon hoger in de hemel klom en net wanneer ze zich afvroeg of ze de juiste beslissing hadden genomen, bereikten ze eindelijk de hoogste top.

      Buiten adem hielden ze halt en, eindelijk in staat om over de bergrug te kijken, onderzochten ze hun omgeving.

      Het uitzicht benam Caitlin de adem. Daar, voor hen, strekte zich de andere kant van de bergrug uit zo ver het oog reikte. En daarachter een oceaan. Verweg in de oceaan kon ze een bergachtig, rotsachtig eiland dat bedekt was met groen, zien. Het was een oeroud eiland, uitstekend uit de oceaan, schilderachtiger dan alles wat ze ooit gezien had. Het leek een plek voor sprookjes, vooral in het vroege ochtendlicht, bedekt met een griezelige mist en met een oranje en purperen gloed.

      Het enige wat het eiland met het vasteland verbond wa, een eindeloze touwbrug die vervaarlijk zwaaide in de wind en wel honderden jaren oud leek, was zelfs nog dramatischer. Onder de brug bevond zich de oceaan, honderden meters diep.

      “Ja,” zei Caleb. “Dit is het. Dit eiland lijkt mij vertrouwd.” Hij bekeek het met ontzag.

      “Waar zijn we?” vroeg Caitlin.

      Hij keek eerbiedig naar het uitzicht, draaide zich dan om en keek haar aan met opwinding in zijn ogen.

      “Skye”, zei hij tot haar. “Het legendarische Isle of Skye. Sinds duizenden jaren een thuis voor krijgers en voor onze soort. Dan zijn we in Schotland”, zei hij, ”dicht bij de toegang tot Skye. Het is duidelijk dat we geacht worden daar te gaan. Het is een heilige plaats.”

      “Laat ons er heen vliegen”, zei Caitlin terwijl ze voelde dat haar vleugels reeds actief waren.

      Caleb schudde zijn hoofd.

      “Skye is een van de enige plaatsen op aarde waar dat niet mogelijk is. Met alle zekerheid zullen vampierkrijgers het bewaken, en wat belangrijker is, een energieschild zal het beschermen voor een directe overvlucht. Het water creëert een fysieke barrière rond deze plaats. Geen enkele vampier kan er binnenkomen zonder uitnodiging.” Hij keerde zich om en keek naar haar. “We moeten er naartoe op de moeilijke manier: door de touwbrug over te steken.”

      Caitlin staarde naar de brug die zwaaide in de wind.

      “Maar die brug is verraderlijk”, zei ze.

      Caleb zuchtte.

      “Skye is anders dan elke andere plaats. Alleen zij die het verdienen mogen er binnenkomen. De meeste mensen die proberen om het te benaderen, ontmoeten hun dood op een of andere manier.”

      Caleb keek naar haar.

      “We kunnen ook terugkeren.”, bood hij aan.

      Caitlin overdacht wat hij zei en schudde dan haar hoofd.

      “Neen.” antwoordde ze vastberaden. “We werden hier gedropt met een reden. “Laten we het er heen gaan.”

      HOOFDSTUK TWEE

      Sam ontwaakte met een schok. Zijn wereld tolde en schokte krachtig heen en weer en hij kon niet begrijpen waar hij was of wat er gebeurde. Hij besefte dat hij gedrongen in een onconfortabele positie op zijn rug lag op wat voelde als een plank,. Hij keek recht omhoog naar de hemel en hij zag de wolken willekeurig bewegen.

      Sam reikte naar een stuk hout, pakte het vast en trok hemzelf op. Hij zat daar, met de ogen kipperend en terwijl zijn wereld nog steeds draaide, probeerde hoogte te krijgen van zijn omgeving. Hij kon het niet geloven. Hij was op een boot, een kleine houten roeiboot, liggend op de bodem, in het midden van de oceaan.

      Hij schommelde heftig heen en weer op de ruwe zee en werd opgelicht en terug neergegooid door de golven. Hij kraakte en kreunde en bewoog op en neer, hobbelend en schommelend van links naar rechts. Sam zag het schuim van de golven neerslaan rondom hem en voelde de koude, zilte wind in zijn haar en het water op zijn gezicht. Het was vroeg in de ochtend en een mooie zonsopgang met een hemel die openbrak in een myriade van kleuren. Hij vroeg zich af hoe hij in hemelsnaam daar verzeild was geraakt.

      Sam draaide zich om en onderzocht de boot en terwijl hij dit deed, ontdekte hij aan de overzijde in het zachte ochtendlicht een met een shjaal bedekte figuur die opgekruld op de bodem lag. Hij vroeg zich af met wie hij opgescheept was op deze kleine boot in het midden van nergens. En dan voelde hij het. Het ging door hem als een elektrische schok. Hij hoefde haar gezicht niet te zien.

      Polly.

      Elke bot in Sam's lichaam vertelde het hem. Hij was verrast hoe stellig hij het wist, hoe verbonden hij was met haar, hoe diep zijn gevoelens voor haar waren. Het was bijna alsof ze een waren. Hij begreep niet hoe het zo snel kon gebeuren.

      Terwijl hij haar daar levenloos zag liggenliggend, voelde hij een plots gevoel van angst opkomen. Hij kon niet zeggen of ze nog leefde of niet en op dat moment realiseerde hij zich hoe kapot hij zou zijn als ze er niet meer was. Dit was het moment dat hij zich eindelijk realiseerde dat hij onmiskenbaar van haar hield.

      Sam sprong recht en struikelende in het kleine bootje dat door een golf werd omhoog gegooid, maar uiteindelijk slaagde hij erin om een paar stappen te nemen en naast haar te knielen. Hij trok voorzichtig de sjaal weg en schudde haar bij de schouders. Ze reageerde niet en hij wachtte met een bang kloppend hart.

      “Polly?” vroeg hij.

      Geen antwoord.

      “Polly”, zei hij, met aandrang. “Wakker worden. Ik ben het, Sam.”

      Maar ze gaf geen krimp en wanneer Sam de naakte huid van haar schouder streelde, voelde deze te koud aan voor hem. Zijn hart stopte. Was het mogelijk?

      Sam bukte zich en hield haar gezicht in zijn handen.

Скачать книгу