Dood en een hond. Фиона Грейс
Чтение книги онлайн.
Читать онлайн книгу Dood en een hond - Фиона Грейс страница 8
Gina maakte geen oogcontact. Slapjes schudde ze Brooke’s hand. Lacey bespeurde wat jaloezie bij Gina en kon niet anders dan glimlachen.
“Gina is mijn partner in crime,” vertelde Lacey aan Brooke. “Ze werkt met me in de winkel, helpt me bij het vinden van spullen, neemt mijn hond mee voor speelafspraakjes en leert me alles over tuinieren. Ze is mijn rots in de branding en heeft me geholpen om mijn verstand niet te verliezen sinds ik naar Wilfordshire kwam.”
Gina’s jaloerse pruilmondje transformeerde in een schaapachtige glimlach.
Brooke glimlachte. “Ik hoop dat ik ook een Gina kan vinden,” grapte ze. “Het is me een genoegen om jullie beiden te ontmoeten.”
Ze haalde het potlood achter haar oor vandaan en haar sluike blonde haar viel weer langs haar gezicht. “Dus een cappuccino en een tonijntosti…” zei ze terwijl ze in het notitieboekje schreef. “En voor jou?” Ze keek verwachtingsvol naar Lacey op.
“Een cortado,” zei Lacey, kijkend naar het menu. Ze scande snel alles dat erop stond. Het was een uitgebreid menu met heel smakelijk klinkende gerechten, maar eigenlijk waren het niet meer dan sandwiches met chique beschrijvingen. De tonijntosti die Gina had besteld was in feite een ‘skipjack tuna en op eikenhout gerookte cheddar toastie’. “Ehm… De smashed avo baguette.”
Brooke noteerde haar bestelling.
“En jullie trouwe viervoeters?” voegde ze toe. Ze wees met haar potlood tussen Gina en Lacey’s schouders door naar de plek waar Boudica en Chester in achtjes achter elkaar aanliepen. “Bak water en wat hondenbrokjes?”
“Dat zou geweldig zijn,” zei Lacey. Ze was onder de indruk door hoe gastvrij de vrouw was.
Ze zou een geweldige hotelier zijn, dacht Lacey. Misschien had ze in Australië in hospitality gewerkt? Of misschien was ze gewoon aardig. Hoe dan ook, ze had een hele goede eerste indruk op Lacey gemaakt. Misschien zouden de inwoners van Wilfordshire hun zin krijgen en zouden de twee goede vriendinnen worden. Lacey kon altijd wel wat bondgenoten gebruiken!
Zij en Gina gingen op zoek naar een tafeltje. Tussen het vintage patio meubilair hadden ze de keuze om aan te schuiven aan een tafel die gemaakt was van een deur, tronen die gemaakt waren uit boomstronken, of een van de nissen gemaakt waren van halve roeiboten die vol lagen met kussens. Ze gingen voor de veilige optie—een houten picknicktafel.
“Ze lijkt me heel aardig,” zei Lacey terwijl ze ging zitten.
Gina haalde haar schouders op en liet zich op het bankje tegenover Lacey zakken. “Meh. Ze leek me oké.”
Ze had wederom een jaloerse blik in haar ogen.
“Je weet toch dat jij mijn favoriet bent,” zei Lacey tegen Gina.
“Voor nu. Wat als jij en Brook vriendinnetjes worden als jullie aan de praat raken over expats zijn?”
“Ik kan toch meerdere vriendinnen hebben.”
“Dat weet ik wel. Het is alleen, met wie zal je dan meer tijd willen doorbrengen? Iemand van je eigen leeftijd met een trendy zaak, of iemand die oud genoeg is om je moeder te zijn en naar schapen ruikt?”
Lacey schoot in de lach, hoewel het niet slecht bedoeld was. Ze reikte over de tafel en kneep in Gina’s hand.
“Ik meende het toen ik zei dat jij mijn rots in de branding bent. Echt, na alles dat er gebeurd is met Iris, de politie en Taryns pogingen om me Wildfordshire uit te jagen, was ik echt gek geworden als ik jou niet had gehad. Je bent een goede vriendin, Gina, en dat neem ik niet voor lief. Ik laat je echt niet in de steek omdat er een met cactussen zwaaiende ex-worstelaar in de stad is gearriveerd. Oké?”
“Een met cactussen zwaaiende ex-worstelaar?” zei Brooke, die naast hen verscheen met een dienblad met koffie en sandwiches. “Je hebt het toch zeker niet over mij, of wel?”
Lacey’s wangen werden meteen heet. Het was niets voor haar om over mensen te roddelen. Ze wilde alleen maar Gina opvrolijken.
“Ha! Lacey, je gezicht!” riep Brooke uit, die haar op haar rug klopte. “Het is oké. Ik vind het niet erg. Ik ben trots op mijn verleden.”
“Bedoel je…”
“Yup,” zei Brooke grijnzend. “Het is waar. Maar het is niet zo’n boeiend verhaal als de mensen je doen denken. Ik heb geworsteld op de middelbare school en daarna tijdens mijn studie, voordat ik het een jaar lang professioneel deed. Ik denk dat Britten van het platteland het exotischer vinden dan het in werkelijkheid is.”
Lacey voelde zich behoorlijk stom nu. Natuurlijk waren alle verhalen overdreven en uit proportie geblazen in het roddelsysteem van het kleine stadje. Het feit dat Brooke vroeger geworsteld had was net zo’n non-event als het feit dat Lacey in New York als assistente van een interieurontwerper had gewerkt; normaal voor haar, exotisch voor de rest.
“Wat betreft het zwaaien met cactussen…” zei Brooke. Toen gaf ze Lacey een knipoog.
Ze zette het eten van het dienblad op tafel, haalde kommen met water en brokken voor de honden en liet Lacey en Gina rustig eten.
Ondanks de ingewikkelde beschrijvingen op het menu was het eten voortreffelijk. De avocado was perfect gerijpt, voldoende om geen bite te hebben maar niet zo zacht dat het papperig was. Het brood was vers, zat vol zaden en was lekker geroosterd. Sterker nog, het kon zich meten met dat van Tom en dat was het beste compliment dat Lacey kon geven! De koffie was echter het beste. Lacey had de afgelopen tijd veel thee gedronken omdat het haar constant werd aangeboden en omdat er niet echt een plek in de buurt leek te zijn die voldeed aan haar standaarden. Maar Brooke’s koffie smaakte alsof het rechtstreeks uit Colombia was geïmporteerd! Lacey zou zéker hier haar ochtendkoffie gaan halen op de dagen dat ze op een normaal tijdstip begon met werken, in plaats van op een tijd waarop de meeste mensen nog in bed lagen.
Lacey was halverwege haar lunch toen de automatische deur achter haar open schoof en niemand minder dan Buck en zijn rare wijf binnen walsten. Lacey kreunde.
“Hey, meid,” zei Buck, die met zijn vingers naar Brooke knipte en in een stoel neerplofte. “We willen koffie. En ik wil een steak en friet.” Hij wees op een veeleisende manier naar de tafel en keek toen naar zijn vrouw. “Daisy? Wat wil jij?”
De vrouw was bij de deur blijven hangen en schuifelde ongemakkelijk heen en weer op haar stiletto’s. Ze leek nogal bang van alle cactussen.
“Waar de minste calorieën in zitten,” mompelde ze.
“Een salade voor de vrouw,” blafte Buck naar Brooke. “Rustig aan met de dressing.”
Brooke wierp Lacey en Gina een veelbetekenende blik toe en ging toen aan de slag met de bestelling van haar ongemanierde klanten.
Lacey begroef haar gezicht in haar handen en voelde een plaatsvervangende schaamde voor het stel. Ze hoopte niet dat de mensen in Wilfordshire dachten dat alle Amerikanen zo waren. Buck en Daisy gaven haar hele thuisland een slechte naam.
“Geweldig,” mompelde Lacey terwijl Buck luidruchtig tegen zijn vrouw begon te praten. “Die twee hebben mijn theeafspraakje met Tom al verpest. Nu verpesten ze ook nog mijn lunchpauze met jou.”
Gina